Maritiem dienstverlener SBM Offshore en dochterbedrijf SBM Offshore USA hebben een schikking getroffen met het Amerikaanse ministerie van Justitie.

SBM betaalt daarbij 238 miljoen dollar aan de Amerikaanse autoriteiten vanwege omkoping van functionarissen in Brazilië, Angola, Equatoriaal Guinea, Kazachstan en Irak.

SBM kwam er in 2012 achter dat medewerkers in verscheidene landen zich schuldig hadden gemaakt aan oneerlijke verkooppraktijken. Het bedrijf trof eerder een schikking met justitie in Nederland en de VS, maar de Amerikaanse autoriteiten behielden zich daarbij het recht de zaak te heropenen als nieuwe informatie daar aanleiding voor zou geven.

Schuldig

Daarnaast pleit SBM USA schuldig in de zaak, aldus een verklaring van het ministerie van Justitie. Onlangs had de dienstverlener aan de olie-industrie al exact 238 miljoen dollar opzij gezet voor een nieuwe boete. Het bedrag zal binnen tien werkdagen voldaan zijn, aldus SBM.

Oud-topman Tony Mace van SBM bekende eerder deze maand schuld aan corruptie in het Braziliaanse omkoopschandaal waar het bedrijf bij betrokken was. De Brit was tussen 2008 en 2011 topman van SBM en gaf voor de rechter in Houston toe in het verleden steekpenningen te hebben goedgekeurd, in de hoop zo lucratieve contracten voor SBM te regelen. Zijn vonnis volgt op 2 februari.

Definitieve schikking

Het bedrijf is nog bezig met een definitieve schikking met de Braziliaanse autoriteiten. Vorig jaar zomer werd een voorlopig akkoord bereikt met de openbare aanklager in het Zuid-Amerikaanse land, maar de rechter veegde die deal vervolgens van tafel. Zolang SBM geen punt heeft gezet achter de zaak in Brazilië, mag het geen opdrachten aannemen van het staatsoliebedrijf Petrobras.